Het eerste tijdperk: de ontsluiting
Voor de meeste vrouwen is dit het langste deel van de bevalling. In deze fase maakt je lichaam zich klaar om de baby door het geboortekanaal te laten gaan. Dit begint met weeën: samentrekkingen van de baarmoeder. Deze weeën zorgen ervoor dat de baarmoedermond weker en dunner wordt en langzaam open gaat.
Het verloop van de ontsluiting verschilt per persoon. Bij de één begint het met lichte, rommelende krampjes die langzaam sterker worden, terwijl het bij de ander direct start met regelmatige weeën. Dit kan uren tot soms wel een dag duren; dat is heel normaal.
Tijdens deze fase zoekt je lichaam naar een ritme. Het helpt vaak om een houding te zoeken die voor jou prettig voelt en om warmte en rust op te zoeken. Je partner of zorgverlener kan je hierbij ondersteunen, bijvoorbeeld door te helpen met je ademhaling of door tegendruk te geven in je rug.
Meer lezen over de ontsluiting? Bekijk de uitgebreide uitleg: De bevalling: het eerste tijdperk
Het tweede tijdperk: de geboorte van je baby
Wanneer je volledige ontsluiting hebt (meestal rond de 10 centimeter), gaat de bevalling over in de volgende fase: de uitdrijving. Je lichaam geeft vaak zelf aan dat het zover is door het ontstaan van persdrang. Dit is een krachtige druk van binnenuit die voelt alsof je moet meeduwen met de weeën.
Tijdens dit tijdperk zakt je baby bij elke wee steeds iets dieper. Het vraagt focus en fysieke kracht, maar je werkt hier heel concreet naar het einddoel toe. Uiteindelijk is daar het moment: het hoofdje wordt geboren, gevolgd door het lichaampje. Je baby kan eindelijk jouw stem horen en je kunt elkaar voor het eerst aanraken.
Meer lezen over de geboorte? Bekijk de uitgebreide uitleg: De bevalling: het tweede tijdperk
Het derde tijdperk: de nageboorte
Na de geboorte van je kindje is het proces nog niet helemaal klaar. De placenta (ook wel moederkoek genoemd) heeft zijn werk gedaan en moet nog geboren worden. Dit klinkt misschien als ‘gedoe’ na zo’n prestatie, maar meestal verloopt dit vlot en rustig, vaak binnen enkele minuten tot een half uur.
De baarmoeder trekt na de geboorte samen. Hierdoor laat de placenta los van de baarmoederwand. Dit samentrekken is belangrijk voor je herstel: het zorgt ervoor dat de bloedvaten op die plek dichtgaan en het bloedverlies beperkt blijft. Het kan zijn dat je hierbij nog wat lichte weeën voelt of dat je benen beginnen te trillen van de ontlading. Weet dat dit erbij hoort.
Meer lezen over de nageboorte? Bekijk de uitgebreide uitleg: Nageboorte: het derde tijdperk van de bevalling
Het vierde tijdperk: de eerste uren na de bevalling
Zodra de placenta geboren is, breekt het zogeheten postplacentaire tijdperk aan. Je lichaam schakelt direct over op herstel. Je hormoonspiegel verandert snel en je baarmoeder blijft krachtig samentrekken om weer kleiner te worden.
Voor jou en je baby is dit vooral een moment van landen. Huid-op-huidcontact is in dit uur heel waardevol. Je baby blijft zo goed op temperatuur, wordt rustig van jouw hartslag en gaat vaak instinctief op zoek naar de borst.
Terwijl jullie kennismaken, houdt de verloskundige op de achtergrond een vinger aan de pols. Ze controleert je bloedverlies, je bloeddruk en de stand van je baarmoeder (fundushoogte). Zo wordt gewaarborgd dat jij veilig aan je herstel begint.
Meer weten over deze fase? Bekijk de uitgebreide uitleg: Postplacentair: het vierde tijdperk van de bevalling
Een samenwerking tussen jou en je baby
Het is goed om te realiseren dat je dit niet alleen doet. Een bevalling is een samenwerking. Terwijl jouw lichaam werkt om ruimte te maken, is je baby ook actief bezig. Tijdens de bevalling draait de baby mee om zo gunstig mogelijk door het bekken te passen.
Ook na de geboorte gaat die samenwerking door. Terwijl jij begint met ontzwangeren, maakt je baby de grote overstap van de buik naar de buitenwereld. Hij of zij leert zelfstandig ademen, de temperatuur regelen en drinken. Jullie wennen stap voor stap aan elkaar.
De overgang naar de kraamperiode
Als de vier tijdperken zijn afgerond, begint de kraamweek. Dit is de periode waarin je lichaam verder herstelt en jullie als gezin een nieuw ritme zoeken. De kraamverzorgende is er dan om jullie te ondersteunen bij de verzorging van de baby, de voeding en jouw herstel.
Het is een bijzondere tijd die soms ook intens kan zijn. Je groeit langzaam in je nieuwe rol als ouder. Geef jezelf de tijd en ruimte om hieraan te wennen; elke dag is weer anders.
Ter afsluiting
Een bevalling laat zich niet plannen. Het is een natuurlijk proces dat soms anders loopt dan gepland. Dat is niet erg. Onthoud dat je lichaam in de basis weet wat het moet doen en dat er professionele hulp is om je te begeleiden.
Of het nu vlot gaat of hobbels kent: je doet dit stap voor stap. Heb vertrouwen in je lichaam en wees trots op wat je presteert.
Wil je je verder verdiepen in een specifieke fase? Klik dan op de linkjes hierboven bij de betreffende tijdperken. Kennis over wat je kunt verwachten, geeft vaak rust en vertrouwen.
Bronnen
- Bakker, R., & van der Hulst, L. (2025). Praktische verloskunde (5e herz. druk). Bohn Stafleu van Loghum.
- Blackburn, S. T. (2023). Maternal, fetal, & neonatal physiology: A clinical perspective (6th ed.). Elsevier.
- World Health Organization. (2018). Intrapartum care for a positive childbirth experience. WHO Press.
- Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen (KNOV). (2021). Richtlijn: Fysiologische baring. KNOV.
- College Perinatale Zorg (CPZ). (2016). Zorgstandaard Integrale Geboortezorg. CPZ.