Je baby in de 24e week van je zwangerschap
Deze week heb je weer een nieuwe mijlpaal behaald. Je kindje is nu levensvatbaar bij een vroeggeboorte. Dit houdt in dat doctoren er alles aan zullen doen om je kindje in leven te houden. Helaas is het geen garantie. De longen van je kindje zijn nog niet rijp. Hij zal nog niet zelfstandig kunnen ademen en na de geboorte voorlopig in een couveuse in het ziekenhuis moeten blijven. Ook zijn de kans op infecties bij een immature kindje groot omdat hij nog weinig weerstand heeft. Hoe langer je kindje in je buik blijft zitten hoe beter. Of in ieder geval tot 42 weken. Vanaf 37 weken kan je kindje veilig geboren worden en zal je ook, bij een gezonde zwangerschap, thuis mogen bevallen. Loop je erg over dan zal je vanaf 41 weken meer informatie krijgen het inleiden van de bevalling. In Nederland wordt je bij een gezonde zwangerschap vanaf 42 weken zwangerschap ingeleid omdat het risico bestaat dat de placenta op is en je kindje geen of niet genoeg zuurstof en voedingsstoffen meer binnenkrijgt.
Maar zo ver ben je nog lang niet. Nu kun je nog even lekker genieten van het tweede trimester en de bewegingen, schopjes, stootjes en stompjes van je kindje. Want hoe graag je hem ook wilt ontmoeten, de zwangerschap is een hele bijzondere periode waarbij je een sterke band met je kindje kan opbouwen. Is het je al opgevallen dat je hij een vast slaapritme begint te ontwikkelen? Deze is helaas vaak tegenovergesteld aan die van jou. Wanneer jij net in bed ligt, klaar om te gaan slapen vindt je kindje het tijd om even te laten weten dat hij aanwezig is. Of je wordt ’s nachts zelfs wakker van het getrappel en gepor. Ook na de geboorte heeft je kindje nog geen besef van dag en nacht en zal hij regelmatig wakker worden voor een voeding.
Heb je je kindje al een tijdje niet gevoeld? Probeer hem dan even zachtjes wakker te maken door met je handen op je buik te drukken. Ga vervolgens een uur op je linkerzij liggen en kijk of je je kindje voelt bewegen. Heb je er geen goed gevoel bij of vind je de bewegingen erg weinig? Neem dan direct contact op met je verloskundige.
Jij in de 24e week van je zwangerschap
Jullie zullen er ongetwijfeld al over hebben nagedacht; een babynaam. Maar zijn jullie het ook al eens? Het kiezen van een babynaam is leuk, spannend maar ook erg moeilijk. Want je moet een naam verzinnen voor iemand die je nog niet hebt ontmoet.
Veel stellen hebben er moeite mee om een naam te kiezen. Misschien vind jij oerhollandse namen leuk en houdt je partner meer van moderne engelse namen? Daarnaast kom je er met het kiezen van een naam pas achter hoeveel associaties je hebt met namen en personen. Dus hoe kies je een babynaam en waar let je op?
Allereerst is het goed om te weten dat er regels zijn voor naamgeving. In Nederland geldt dat je in principe alle voornamen mag kiezen mits deze niet ongepast zijn of de gekozen voornaam een achternaam is die niet gebruikelijk is als voornaam. Maar deze regels zijn nogal “vaag” want wat is ongepast? En welke achternaam is gebruikelijk als voornaam en welke niet? In het geval van twijfel beslist de ambtenaar van de burgerlijke stand of jullie gekozen naam wel of niet mag.
Oke tot zover regelgeving, maar waar let je nog meer op?
- Let op de betekenis van de gekozen naam in meerdere talen. Dus Google de naam en kijk verder als de eerste pagina met zoekresultaten.
- De naam die je kiest krijgt je kindje voor de rest van zijn leven. Let er dan ook op dat jullie naam zowel voor een baby als voor volwassenen leuk is. Namen die eindigen op ‘je zijn erg schattig voor kinderen maar misschien niet voor volwassenen.
- Bekijk wat de initialen worden van je kindje, initialen als S.O.A zal hij waarschijnlijk niet zo blij mee zijn.
- Is de achternaam van je kindje eentje die veel voorkomt? Kies dan niet een voornaam uit de top 10. Dit voorkomt dat kindje vaak mensen tegenkomt met precies dezelfde naam.
- En ten slotte; zeg de voor- en achternaam van je kindje vaak hardop om te testen hoe het klinkt. Is het makkelijk uit te spreken en klinkt het goed?
Veranderende borsten
Door het groter worden van de melkklieren kunnen je borsten tijdens de zwangerschap een paar cupmaten groeien. Gelukkig zijn ze niet meer zo gevoelig dan in het eerste trimester en kun je er weer van genieten als je partner er aan zit. Wist je dat niet alleen je borsten veranderen maar ook je tepels?
Het zwangerschapshormoon hCG zorgt ervoor dat je tepelhof groter en donkerder wordt. Daarnaast kunnen er bultjes zichtbaar worden welke lijken op kleine pukkeltjes. Dit zijn de klieren van Montgomery. Deze produceren een olieachtige stof welke je tepels beschermen tegen uitdroging en een ontsmettende werking hebben. Uit onderzoek is gebleken dat de klieren van Montgomery een geur afscheiden, die je kindje helpt de tepel te vinden en stimuleert om meer te drinken. Maar niet alleen je tepelhof ook je tepel zelf verandert onder invloed van zwangerschapshormonen. Je tepels worden groter en steken wat meer uit. Dit maak het voor je kindje makkelijker om te drinken.
Je kunt tijdens je zwangerschap ook al last krijgen van lekkende borsten. Je borsten maken onder invloed van prolactine melk aan. Het lekken kan variëren van een paar druppeltjes tot flinke vlekken in je beha. Heb je erg last van lekkende borsten? Gebruik dan zoogcompressen om het melk op te vangen. Geen zorgen als je tijdens de zwangerschap geen melk lekt. Dit zegt niets over je melkproductie na de geboorte.
Borstvoeding of flesvoeding?
Borstvoeding of flesvoeding? Het is een onderwerp waar nog altijd veel over wordt gediscussieerd. Maar onthoud goed, jij beslist zelf wat je je kindje wilt geven. Lees je goed in en zet de voor- en nadelen voor jezelf op een rij en maak een keuze waar jij je goed bij voelt. We helpen je een handje op weg met een aantal feiten over borst- en flesvoeding.
De eerste melk die je lichaam aanmaakt heet colostrum en staat bekend als vloeibaar goud omdat het boordevol antistoffen, voedingsstoffen en eiwitten zit. In principe kunnen alle vrouwen borstvoeding geven. Het formaat van je borsten zegt niets over de hoeveelheid melk die je hebt, het gaat om de hoeveelheid melkklieren. Slechts twee procent van de vrouwen heeft daadwerkelijk te kort melk. Het kan wel zijn dat je kindje moeite heeft om de melk uit je borst te krijgen, dit kan verschillende oorzaken hebben.
Één van de oorzaken is het niet goed aanhappen van je kindje. De manier waarop je kindje wordt aangelegd is allesbepalend. Bij het verkeerd aanhappen kan je kindje minder melk binnenkrijgen en vergroot je de kans op complicaties zoals een borstontsteking. Gelukkig wordt je tijdens de kraamweek goed geholpen bij het aanleggen door de kraamverzorgster.
Er bestaan helaas een aantal hardnekkige fabels over het geven van borstvoeding zoals: van borstvoeding geven krijg je hangende borsten en borstvoeding geven doet pijn. Laten we beginnen met de eerste: van borstvoeding geven krijg je hangende borsten. Het is niet het geven van borstvoeding waarvan je hangende borsten kunt krijgen maar de zwangerschap zelf. Tijdens de zwangerschap maakt je lichaam extra klieren aan waardoor je borsten voller worden. Wanneer je geen borstvoeding geeft of ermee stopt neemt het klierweefsel af waardoor je borsten “leger” zijn. Vaak verdwijnt er ook wat vetweefsel. Na een paar keer menstrueren neemt de stevigheid gelukkig weer toe. Ook vormt er na verloop van tijd weer nieuw vetweefsel. Daarnaast hoor je regelmatig dat het geven van borstvoeding pijn doet. In het begin kan het aanhappen van je kindje wat gevoelig zijn, maar dit is na tien seconden weer weg. Wanneer het geven van borstvoeding pijnlijk blijft gaat er iets niet goed, het kan zijn dat het aanhappen niet goed gaat, je last hebt van tepelkloven of een borstontsteking. Overleg in dat geval met een lactatiekundige of ga even langs je huisarts.
Er zitten veel voordelen aan het geven van borstvoeding:
- Borstvoeding beschermt je kindje tegen ziekteverwekkers
- Door het geven van borstvoeding geef je je kindje een natuurlijke start
- Met het geven van borstvoeding verbrand je tot 500 calorieën per dag extra.
- Door het huid op huid contact met je kindje komt er oxytocine vrij, het knuffelhormoon. Dit stimuleert de hechting tussen jou en je kindje.
- De melk is altijd op juiste temperatuur, geen gedoe met flesjes maken
Wil je borstvoeding geven dan kun je overwegen om tijdens de zwangerschap een borstvoedingscursus te volgen. Tijdens deze cursus leer je hoe je je kindje goed kunt aanleggen en welke houdingen je kunt aannemen. Ook krijg je uitleg over hoe je voedingssignalen kunt herkennen en wanneer je kindje genoeg heeft gedronken. Het is daarnaast dé plek om al je vragen te stellen. Een borstvoedingscursus wordt gegeven door een lactatiekundige, een expert op het gebied van borstvoeding.
Helaas lukt het geven van borstvoeding niet altijd. Voel je vooral niet schuldig, je hebt het geprobeerd. Je kindje heeft er niets aan als je continue gestrest bent omdat het geven van borstvoeding niet lukt.
Wanneer je geen borstvoeding kunt of wilt geven is flesvoeding een heel goed alternatief. De samenstelling van poedermelk ligt tegenwoordig zo dicht bij borstvoeding dat het bijna alles bevat wat je kindje nodig heeft. In Nederland is alle kunstvoeding veilig voor je kindje producten moeten namelijk voldoen aan wettelijke EU-richtlijnen. Wel is het helaas een fabel dat flesvoeding net zo goed is als borstvoeding. Borstvoeding bevat belangrijke antistoffen die niet in flesvoeding zit. Vooral colostrum zit boordevol antistoffen. Je zou ervoor kunnen kiezen om je kindje de eerste dagen aan de borst te leggen en colostrum te geven. Wanneer je melk overgaat in de “normale” melk kun je overstappen op flesvoeding. Hierdoor geef je net dat extra zetje aan zijn immuunsysteem.
Ook aan het geven van flesvoeding zitten vele voordelen:
- Je partner kan ook voeding geven
- Je weet precies hoeveel je kindje drinkt
- Je hebt geen stress en/of onzekerheid of het geven van melk lukt
- Het kan zijn dat je kindje eerder doorslaapt omdat flesvoeding minder licht verteerbaar is als flesvoeding. Dit hoeft natuurlijk niet het geval te zijn.
- Je kindje wordt zwaarder van flesvoeding omdat dit meer proteïne bevat.
Blaasontsteking tijdens de zwangerschap
Wist je dat je tijdens de zwangerschap een grotere kans hebt op een blaasontsteking? Best gek eigenlijk want je plast meer. Door de groei van je baarmoeder wordt je blaas weggedrukt. Hierdoor is het lastiger om je blaas goed te legen en blijft er vaak wat urine achter. Dit is een voedingsbodem voor bacteriën.
Gelukkig is een blaasontsteking niet gevaarlijk voor jou of je kindje wanneer deze op tijd wordt behandeld. Maar juist daar gaat het vaak mis. De bekende pijn bij het plassen voel je meestal niet waardoor een blaasontsteking lastiger te herkennen is. De ontsteking kan hierdoor overgaan in een nierbekkenontsteking. Dit gaat samen met overgeven, hoge koorts en pijn rond je nieren. Het kan daarnaast gevaarlijk zijn voor je kindje.
Houdt daarom je urine goed in de gaten tijdens je zwangerschap. Heb je één van onderstaande symptomen? Ga dan even langs je huisarts.
- Veel aandrang om te plassen, maar weinig urineverlies
- Verandering in geur of kleur van je urine
- Pijn in je rug net onder je ribben of onderbuik
- Pijn bij het plassen
Voorkomen is natuurlijk beter als genezen. Drink daarom dagelijks genoeg water, plas na iedere vrijpartij, plas goed uit en plas voor het slapengaan.
