Wat is een wee?
Een wee is de samentrekking van je baarmoeder. Je baarmoeder is één grote spier. Tijdens de bevalling trekt deze onder invloed van hormonen samen; een wee. Dankzij deze samentrekkingen wordt je kindje omlaag gedrukt en druk hij met zijn hoofdje op de baarmoedermond. Deze gaat vervolgens steeds verder open, je ontsluit.
Hoe voelt een wee?
Weeën kun je vergelijken met heftige krampachtige menstruatiepijn onder in je buik. Bij elke wee komt de pijn langzaam opzetten tot een hoogtepunt, waarna het weer afzakt. Tussen de weeën door heb je even rust tot de volgende wee opkomt. In het begin van de bevalling duurt een wee kort. Naarmate de bevalling vordert duren ze steeds langer, tot uiteindelijk één à anderhalve minuut. Ook worden de weeën sterker en pijnlijker. Het is per vrouw verschillend hoe de pijn ervaren wordt. Voor de ene vrouw is de pijn goed op te vangen en voor de ander is het zonder pijnstilling niet te doen.
Welke weeën zijn er?
De pijn is erg afhankelijk van het type wee. We onderscheiden vier soorten weeën; voorweeën, indalingsweeën, ontsluitingsweeën en persweeën.
Oefenweeën, voorweeën & valse weeën
Deze weeën zijn geen “echte” weeën. Je lichaam is zich aan het voorbereiden op de bevalling. Maar in tegenstelling tot ontsluitingsweeën zetten ze niet door. Een voorwee zorgt ervoor dat je baarmoedermond wat zachter en weker wordt waardoor deze gemakkelijker opent tijdens de bevalling. Voorweeën zijn wat pijnlijker dan harde buiken en kun je herkennen aan het gespannen gevoel in je buik. Ze komen onregelmatig, worden niet sterker en houden kort aan.
Indalingsweeën
Vanaf week 32 kan je kindje indalen en zakt zijn hoofdje je bekken in. Tijdens het indalen kun je wat krampen in je onderbuik en/ of lichte pijn ervaren. Ook kun je een scherpe of trekkende pijn voelen in je vagina of liezen. Dit zijn indalingsweeën. Niet iedereen heeft indalingsweeën, het kan zomaar zijn dat je kindje netjes is ingedaald zonder dat je hier iets van hebt gemerkt. Indalingsweeën komen net als voorweeën onregelmatig en worden niet sterker.
Ontsluitingsweeën
Ontsluitingsweeën zijn de “echte” weeën. Wanneer je ontsluitingsweeën hebt is je bevalling begonnen. Het samentrekken van de baarmoeder tijdens deze wee zorgt ervoor dat je ontsluiting krijgt en je kindje erdoor kan. Ontsluitingsweeën beginnen onregelmatig. Langzaam worden ze regelmatiger, sterker en volgen ze elkaar sneller op. De pijn komt langzaam opzetten tot een hoogtepunt waarna het afzakt. Tussen de weeën door heb je even rust. Ontsluitingsweeën kun je voelen in je buik, de zogenoemde buikweeën, in je rug, de rugweeën of in je bovenbenen, de beenweeën.
Persweeën
Met volledige ontsluiting gaan de ontsluitingsweeën over in persweeën. Deze overgang is te herkennen aan, zoals de naam het al zeg, persdrang. Persweeën volgen iets minder snel op elkaar waardoor je tussendoor wat tijd hebt om op adem te komen. Waar de ene vrouw persweeën de heftigste vind, vind de andere vrouw het prettig om iets te kunnen doen. Ontsluitingsweeën moet je over je heen laten komen, met persweeën ben je actief bezig en duurt het niet lang voor je kindje geboren wordt.
Wat zijn beenweeën, rugweeën en buikweeën?
Je hebt misschien wel van een vriendin, moeder of zus gehoord dat ze tijdens de bevalling rug- of beenweeën hebben gehad. Wat zijn dit voor weeën? We hebben het er net al even kort over gehad, beenweeën, rugweeën en buikweeën zijn ontsluitingsweeën.
Buikweeën
Buikweeën zijn de meest voorkomende ontsluitingsweeën. Buikweeën ervaar je als heftige krampachtige menstruatiepijn onder in je buik. Ze beginnen rustig en worden steeds sterker en regelmatiger.
Rugweeën
Rugweeën voelen ook als krampachtige menstruatiepijn. In tegenstelling tot buikweeën voel je deze pijn niet in je onderbuik, maar straalt het uit naar je onderrug. Rugweeën worden vaak als pijnlijker ervaren en lastig op te vangen.
Beenweeën
Beenweeën beginnen als buikweeën, maar vervolgens straalt de pijn uit naar je benen. Deze pijn voelt als zenuwpijn of heftige spierpijn. Beenweeën komen het minst voor en ondanks dat het misschien niet zo voelt zorgen ze net als buik- en rugweeën voor ontsluiting.
10 tips voor het opvangen van weeën
Tip 1: Ontspanning: De belangrijkste tip voor het opvangen van weeën is ontspanning. Je maakt tijdens de bevalling het hormoon oxytocine aan welke verantwoordelijk is voor je weeën. Hoe meer ontspannen je bent hoe meer oxytocine je aanmaakt en hoe sneller je bevalling gaat. Ben je bang voor de bevalling of de pijn hiervan, of zijn er andere negatieve factoren, dan maakt je lichaam het stresshormoon adrenaline aan. Dit hormoon zorgt ervoor dat de aanmaak van oxytocine wordt geremd en je bevalling minder snel vordert of zelfs stopt. Ook remt adrenaline de aanmaak van endorfine, de natuurlijke pijnstiller. Geef je daarom tijdens een wee volledig over aan de kracht en pijn van de wee. Creëer een omgeving waarin je jezelf volledig kunt ontspannen en luister naar je lichaam.
Tip 2: Afleiding: De weeën bouwen zich op. In het begin van de bevalling zijn ze nog niet erg sterk en pijnlijk. Probeer zo lang mogelijk door te gaan met waar je mee bezig bent. Hoe langer je bezig bent en blijft lopen hoe beter.
Tip 3: Vind jouw houding: Ga op zoek naar een houding die voor jou werkt. Sommige vrouwen vinden het fijn om rechtop te staan en de wiegen met hun heupen, andere vinden het prettig om op een yogabal te zitten en weer andere gaan liever lopen of douchen. Zoek een houding waarin jij je kunt ontspannen en kunt omgaan met de pijn.
Tip 4: Wissel van houding: Wissel tussendoor van houding. Het wisselen van houdingen en vooral verticale houdingen, zoals lopen, staan en zitten, helpen je baarmoeder sneller te ontsluiten omdat het hoofdje op de baarmoedermond drukt. Het voorkomt daarnaast dat spieren verzuren en pijn gaan doen.
Tip 5: Warmte: Warmte kan je helpen ontspannen en stimuleert de aanmaak van endorfines. Veel vrouwen vinden het daarom prettig om weeën op te vangen onder de douche of in bad. In het bad ben je daarnaast gewichtloos waardoor je makkelijk van houding kan wisselen. Ook kan de kracht van de douchestraal op je buik of rug verlichting geven tijdens een wee.
Tip 6: Ademhaling: Probeer in het begin van de bevalling normaal rustig adem te halen. Worden de weeën wat heftiger en gaat dit niet meer dan kun je proberen rustig in te ademen; adem vervolgens langzaam in vier tellen uit. Als de pijn ook hier te heftig voor wordt is het tijd om te puffen. Voel je een wee aankomen, adem dan goed door je neus in en blaas in drie korte pufjes via je mond uit. Blijf dit doen tot de wee weer weg is. Adem niet te diep in, dit vergroot de kans op hyperventilatie.
Tip 7: Tegendruk: Heb je veel last van rugweeën? Dan kan tegendruk tijdens een wee verlichting geven. Laat je partner, doula of verloskundige tijdens een wee druk geven op je onderrug.
Tip 8: Verticaal blijven: Verticale houdingen, zoals lopen, staan en zitten, helpen je baarmoeder sneller te ontsluiten omdat het hoofdje van je kindje op de baarmoedermond drukt. Hoe sneller je baarmoedermond ontsluit hoe sneller je kindje geboren wordt. Je kunt tijdens een wee leunen op de keuken, tafel of stoel terwijl je met je heupen heen en weer wiegt.
Tip 9: Steun: Zorg ervoor dat je tijdens de bevalling iemand om je heen hebt die jou door de moeilijke momenten heen kan helpen. Dit kan een partner, doula, moeder of vriendin zijn. Verlies jij je ademhaling door de kracht van een wee dan kan een partner je helpen deze weer terug te krijgen. Ook kan de partner je middels massage, tegendruk of emotionele steun door de zware momenten van de bevalling loodsen.
Tip 10: Aftellen: Bedenk je dat elke wee er eentje minder is en de geboorte van je kindje steeds dichterbij komt. Emotionele dips tijdens de bevalling zijn heel normaal. Probeer positief te blijven en laat je moed inspreken. Vertrouw op je lichaam. Elke minuut worden er ruim 200 baby’s geboren. Dus ook jij kan dit!